Christopher
Columbus werd geboren te Genua, Italië eind 1451. Hij maakte in feite
handelsreizen over zee en raakte geboeid door het denkbeeld dat de aarde
bolvormig zou zijn en men langs het westen vlugger China en Japan kon bereiken
dan langs Kaap de Goede Hoop. Zijn nieuwsgierigheid maakte van hem wellicht de
grootste ontdekkingsreiziger in onze geschiedenis. Van 1492 tot 1502 ondernam
hij vier grote expedities.
De vader van Columbus was wolwever. Eerst dacht Columbus ook wolwever te worden.
Maar hij kwam heel vaak in de haven en leerde veel van zeelui. Christopher kreeg
een opleiding tot matroos toen hij 14 jaar was. Daarna studeerde hij
aardrijkskunde. Hij ging ook wel eens mee op zeereis met die zeelui over de
Middellandse Zee. De meeste zeekaarten maakte zijn broer Bartolomeo. In 1474
verhuisde hij naar Lissabon. Toen raakte hij nog meer in aanraking met de
scheepvaart, want Portugal had de beste schepen in die tijd.
Columbus wou via het westen naar Indië varen. De geleerden vonden die tocht
heel erg gevaarlijk, want in die tijd dachten ze dat de aarde zo plat was als
een pannenkoek en dus geen bol zoals nu. Maar toch waren er geleerden die zeiden
dat je toch beter via het westen kon varen, want dat was misschien korter en kon
je conflicten met de bemanning van Bartolomeüs Diaz voorkomen.
In 1484 stapte hij naar de koning van Portugal (Johan de 2de). Maar de koning
wou er helemaal niets van weten. Columbus gaf het niet op hij en legde zijn plan
voor aan de koning en de koningin van Spanje (Ferdinand en Isabella).
Toen Isabella en Ferdinand met het plan eens waren ging Columbus als een gek aan
het werk. Hij had 3 schepen : de Santa Maria, de Nina en de Pinta. Het grootste
schip was de Santa Maria waar Columbus de kapitein op was. Het was een
driemaster van 40 meter lang en geheel overdekt.
Toen Columbus wegging had hij zich voorgenomen om 2 logboeken mee te nemen 1
voor zichzelf en 1 voor de bemanning. Hij wist alleen hoeveel kilometer ze van
Spanje waren en de bemanning niet dat deed hij expres want anders zou de
bemanning bang kunnen worden. Maar hoe langer ze op het schip zaten hoe
ongeruster ze werden. Want er was toen geen goed eten want je kon het nergens
goed bewaren. En er waren niet genoeg groenten en fruit. Veel zeelui werden ziek
of stierven. De meest voorkomende ziekte was scheurbuik die kon je krijgen door
te weinig groente en fruit te eten. Door die ziekte is de helft van de bemanning
van de 3 schepen omgekomen dus had Columbus nog maar de helft van zijn bemanning
over.
Op 12 oktober 1492 kwam er eindelijk weer land in zicht. Columbus roeide er
naartoe omdat hij dacht dat er mensen woonden. Maar er woonde helemaal niemand.
Columbus en zijn bemanning bleven daar toen een week om voedsel in te slaan en
om daar even te leven. Net toen ze weer weg gingen kwamen er mensen aan hij
dacht dat hij toen in India, maar in werkelijkheid was hij in een hele nieuwe
wereld: Amerika. De bewoners noemde hij Indianen omdat hij dacht dat hij
in Indië was.
Toen Columbus in het land aankwam ging hij ruilhandel drijven met de Amerikanen
in de hoop dat ze met goud aankwamen. Maar ze kwamen aan met specerijen, katoen
en papegaaien. In ruil daarvoor had hij belletjes en kralen. Maar hij kreeg geen
goud. Dus toen zeilde hij verder. En zo kwamen ze op 28 oktober in Cuba. Daar
keken ze hun ogen uit, want ze zagen bomen en planten die ze in Europa nog nooit
hadden gezien. Hij stuurde er kleine groepjes mannen heen om goud te vinden.
Maar er werd geen korrel goud gevonden. Wat ze wel meebrachten, was tabak.
Op 5 december vertrok Columbus. Niet lang daarna ontdekte hij het eiland Haïti,
dat hij Espanola noemde.
Op Haïti bleek wel goud te zijn. Toen ging hij weer op de terugreis. Onderweg
wakkerde er nog een grote storm op die hen allen bijna het leven kostte.
Maar toen hij op 14 maart 1493 weer kwam werd hij met groot enthousiasme
ontvangen. In totaal had de reis 7 maanden geduurd, dat mag ook wel want het was
echt een hele lange reis.
Toen hij in 1504 weer terugkwam in Spanje werd hij ernstig ziek. Twee jaar
later, op 21 mei 1506, stierf hij in de plaats Valladolid. |
|
|
|