De Silky Terriër, die vroeger ook wel Sydney Silky of Silky Toy Terriër werd genoemd, werd rond het einde van de 19de eeuw gefokt in Australië. Het ras combineerde de beste eigenschappen van zowel de Australische Terriër als de Yorkshire Terriër. De eerste blauw/tan Silky Terriër deed in 1872 in Australië mee aan een Australische hondenshow. Op een gegeven moment werden deze hondjes in Engeland ingevoerd en daar met de Dandie Dinmont Terriërs gekruist, om een hond te produceren die we vandaag de dag de uiteindelijke Silky Terriër noemen. Deze hond werd niet ontwikkeld om de mens te dienen als rattenvanger of verdelger van ongedierte, maar als gezelschapsdier. Deze actieve, nieuwsgierige Terriërs hebben de luxueuze vacht van de Yorkies. Ze zijn klein, hebben een vacht met een scheiding in de lengte over de rug en donkere ogen. Het zijn licht gebouwde, compacte hondjes, die tamelijk laag op de benen staan. De Silky is middellang en heeft een verfijnde structuur. Ze hebben zowel staande als hangoren, maar alleen die met staande oren verschijnen op hondenshows. De Silkies van nu zijn aanhankelijke, spontane, beweeglijke gezelschapshondjes, tevens zeer geschikt voor op een flat.

IDEALE RASKENMERKEN
Schofthoogte: reuen en teven 23 tot 23 cm, met een gewicht van 3,5 à 4,5 kg.  Uiterlijk: stevig, laag lichaam; levendig, soepel gangwerk. Vacht : glanzend, middellang, recht, lengtescheiding over hoofd en rug; korter haar op gezicht, oren en onderbenen.  Kleur : blauw lichaam, tan (bruin) op de snuit, de wangen, de ooraanzet, de middenvoeten en de onderkant van de staart. Hoofd: vlakke, smalle schedel met een korte snuit; kleine, amandelvormige, donkere ogen; kleine, staande, v-vormige oren ( gecoupeerd of ongecoupeerd ).  Staart: ingekort ( gecoupeerd of ongecoupeerd ); hoog gedragen.
VACHT : lang zijdehaar met meegroeiende ondervacht ( klassiek ); m.a.w. de dekharen zijn lang en zijdeachtig. De wolharen zijn samengevoegd met de dekharen en groeien mee. Het dekhaar is iets minder goed ontwikkeld en de wolharen juist zeer goed, zodat de haren op elkaar lijken.  VERHARING : mozaïekverharing.  DAGELIJKSE BEHANDELING : kammen met een grove kam en borstelen met een varkensharen borstel. Voorzichtig tewerk gaan, want deze haren zijn erg kwetsbaar en breken vlug af.  GROTE BEHANDELING : de vacht wordt volledig uitgekamd. Daarna wordt de hond gewassen met een zachte shampoo en krijgt de vacht graag een behandeling met een goede balsem. Oren en ogen reinigen, oren scheren, froufrou bijknippen.  Indien nodig, de nagels knippen.  VOOR- EN NADELEN VAN DE VACHT : veel kam- en borstelwerk voor dit soort vacht, maar geen los haar in huis.
AARD : de Silky is werkelijk de kers op de taart van de kleine huisdieren. Zijn vacht vraagt de nodige verzorging, maar niet zoveel als die van sommige andere langharige kleine gezelschapshonden.  Hoewel dit ras niet als Terriër gefokt is, heeft hij wel het assertieve Terriërkarakter geërfd.  Het is een vrolijke, alerte en vriendelijke hond die gek is op gezelschap.  Maar het is en blijft een Terriër : hij gaat graag op onderzoek en is zelfverzekerd.
ACTIVITEIT : deze hond is gek op spelletjes, maar past zich ook aan wat minder beweging aan.
OPVOEDING : de Silky Terriër leert relatief snel, zodat de opvoeding geen problemen mag opleveren.
SOCIALE AANLEG : over het algemeen zijn ze erg lief voor kinderen.  Met katten moet u ze al op jonge leeftijd vertrouwd maken, anders zult u ten gepaste tijde de nodige achtervolgingen meemaken.  Bezoek wordt meestal luidkeels aangekondigd.