LAND VAN
HERKOMST : Frankrijk
GESCHIEDENIS
De Braque d' Auvergne ( of Bleu d' Auvergne, Auvergne Pointer ) behoort tot de rassengroep van de Staande
Honden van het Brak-type. Al jaren bestaat het idee dat
de Braque Français
veranderd is onder invloed van zijn omgeving of door behendige selectie. Een andere, eveneens
interessante suggestie is, dat hij van Malta kwam. Dit volgens een hypothese die gebaseerd is op het
eenvoudige idee dat leden van de Orde der Maltezers, waar ook Franse ridders eens deel van uitmaakten, deze
honden terug meenamen naar Frankrijk, toen de Orde in 1798 werd opgeheven. Helaas ontbreekt voor beide
mogelijkheden van oorsprong overtuigend bewijsmateriaal. Maar de Braque d' Auvergne laat deze
onwetendheid niet aan zijn hart komen; het is en blijft een verfijnd ras met uitstekende mogelijkheden.
Deze 'Bleu' heeft een relatief mager uiterlijk, hoewel het een middelgrote en zeer krachtige hond is.
Het is een taaie hond met behoorlijk lange benen. Een gelijkenis met
de Pointer valt niet te ontkennen. Het is een
sterke en actieve hond, met een fantastisch reukvermogen. Deze Braque d' Auvergne is een echte jachthond : met
zijn neus in de lucht zoekt hij systematisch het veld af. Hij blijft dicht bij de jager, dringt door in het
kreupelhout en gaat te water. De eerste rasstandaard van deze hond werd gepubliceerd in 1965.
IDEALE RASKENMERKEN
De schofthoogte voor reuen bedraagt 57 tot 63 cm en voor teven 55 tot 60 cm. Het hoofd moet tamelijk lang
zijn en de stop niet duidelijk aangegeven. De schedel is aan de achterzijde ovaal; het voorhoofd goed
ontwikkeld, doch niet overmatig in vergelijking met de breedte; de wenkbrauwbogen goed aangegeven. De neus is
altijd zwart, glanzend en goed in het verlengde van de neusrug geplaatst. Neus overlapt enigszins de lippen;
neusgaten goed open; de lippen zijn stevig en geven de snuit een vierkant aanzien. Zeer sterke kaken en van
gelijke lengte. Sterke, witte tanden. Ogen : vrij groot, goed in de
oogholten geplaatst, donker hazelnootkleurig, met een eerlijke en vrijmoedige uitdrukking. Zwarte
oogleden. Oren : laag, op ooghoogte en tamelijk ver naar achteren aangezet, zodat de ronde vorm van de schedel
goed uitkomt. Fijn, licht, zijdeachtig, staan niet te ver af van de wangen. Hals : tamelijk lang en zeer
sterk. Een lichte keelhuid is gewenst. Lichaam : goed gewelfde borst, onderborst reikt minstens ter hoogte van
de elleboog, matig breed en in goede verhouding tot de diepte. Tamelijk goed gewelfde ribben. Hoge schoft,
korte rug, korte lendenen. Het kruis is breed, met goed bot en niet te sterk hellend. De flanken zijn plat en
lopen iets op. Staart : ter hoogte van de ruglijn ingeplant, middelmatig groot en horizontaal gedragen. Moet
ongeveer 1/3 worden ingekort. Ledematen : schuine en gespierde schouders met voortreffelijke gewrichten;
onderbenen zijn recht, sterk en goed gespierd; middenvoeten zijn recht, kort en stevig. Goed ontwikkeld bot.
Sterke en gespierde dijen. De achterhand moet in zijn geheel sterk gebouwd zijn. Tamelijk korte voeten,
compact, met goed gesloten tenen. Zware en korte nagels; harde en ruwe voetzolen. Vacht : niet te fijn, kort,
glanzend en nooit hard. Kleur : lichte vacht - witte ondergrond met of zonder zwarte aftekeningen.
Donkere vacht : mengeling van wit en zwart. Er wordt gestreefd naar een blauw-zwarte tint. De zwarte
aftekeningen hebben een karakteristieke blauwachtige rand. Ogen zwart omrand; witte of blauwachtige streep
tussen de ogen.
AARD : deze hond is gemakkelijk te trainen. Zijn intelligentie, affectie en oneindig enthousiasme in het
veld maken van hem een geweldige jachthond.
ACTIVITEIT : het is een zeer temperamentvolle hond met een groot uithoudingsvermogen. Hij heeft voldoende
ruimte en veel lichaamsbeweging nodig.
|