Deze
vis, die voorkomt in de wateren van de Kongo en zijn zuidelijke
zijrivier, de Kasai, wordt ongeveer 5,5 cm. lang. De kleuren van het
lichaam van het mannetje wisselen sterk. De omstandigheden waaronder
deze vis gekweekt moet worden, zijn dezelfde als bij de A. australe.
De eieren worden op planten gelegd; ze zijn klein (diameter van 1,3
tot 1,4 mm) en rijpen zonder onderbreking. De jonge vissen zijn zeer
gevoelig en moeten goed en met aandacht gevoederd worden nadat ze
hebben leren zwemmen. Deze soort is in gevangenschap af en toe met
succes gekweekt. |
|
|
|
|
|
|
|