1. Fysische geografie
In het westen strekken zich de Kaspische Depressie (laagste punt: de
Karagie-kuil, 132 m onder zeeniveau), het Oest-Oertplateau en de
Laagvlakte van Toeran uit. Het centrale deel omvat de Kazachse Rug
(hoogste punt: 1565 m) en de Hongersteppe. Het noorden is een deel van
de West-Siberische Laagvlakte; het zuiden beslaat een deel van de
Kizil-koem.
De grens met Mongolië, China en Kirgizië wordt gevormd door een aantal
bergruggen en bergen, w.o. Altaj, Tarbagataj Ala-tau en Tian Shan. In de
bergen aan de oostrand bevinden zich de meeste naald- en loofbossen van
Kazachstan. De grijze, op löss ontstane bodems op de voetheuvels van de
Tian Shan zijn bij irrigatie zeer goede landbouwgronden. Behalve de
Irtysj, die in de Ob uitmondt, monden de rivieren alle uit in eindmeren
(Kaspische Zee, Aralmeer, Balchasjmeer, Tengizmeer). Het klimaat is
streng continentaal en zeer droog.
     
2. Bevolking
2.1 Samenstelling
De bevolking bestaat voor ongeveer 42% uit Kazachen, voor 38% uit
Russen, voor 5,4% uit Oekraïners en voor het overige vnl. uit Tataren,
Oezbeken, Wit-Russen en Duitsers. Het aantal Russen en Duitsers wordt
snel minder door massale emigratie naar Rusland en Duitsland. Ze worden
door de overheid niet als volwaardige burgers behandeld. Zowel door de
hoge natuurlijke aanwas als door de zeer sterke migratie is de bevolking
sinds 1926 meer dan verdubbeld. De voornaamste steden zijn Alma-Ata,
Karaganda, Semipalatinsk, Tsjimkent en Petropavlovsk. In 1945 is de
Kazachse Academie van Wetenschappen opgericht (Alma-Ata). Er zijn meer
dan vijftig instellingen voor hoger onderwijs.
2.2 Taal
Officiële taal is het Kazachs. Het Russisch heeft echter de status van
een 'taal voor de interetnische communicatie'.
2.3 Religie
Het volk der Kazachen werd in de 18de en 19de eeuw geïslamiseerd. 50%
van de bevolking hangt de soennitische variant aan. Russen en Wit-Russen
behoren tot de Russisch-orthodoxe Kerk.
3. Bestuur en
samenleving
3.1 Staatsinrichting
Volgens de grondwet van 1993 is het land een presidentiële republiek. De
uitvoerende macht berust bij de president, die rechtstreeks voor vijf
jaar wordt gekozen, en het kabinet, waarvan hij de minister-president,
de vice-premier en een aantal belangrijke ministerposten benoemt. De
wetgevende macht berust bij het parlement (Kenges), waarvan de 177 leden
in algemene verkiezingen direct voor vijf jaar gekozen worden. Sedert
1995 regeert president Noersoeltan Abisjevitsj Nazarbajev echter per
decreet, zodat van een parlementaire democratie geen sprake is.
De grondwet schrijft voor dat alle in Kazachstan vertegenwoordigde
nationaliteiten gelijk behandeld moeten worden.
3.2 Administratieve indeling
Het land is bestuurlijk verdeeld in 19 regio's en 2 stadsdistricten.
3.3 Lidmaatschap internationale organisaties
Kazachstan is lid van de Verenigde Naties en een aantal suborganisaties
van de VN, het Gemenebest van Onafhankelijke Staten (GOS), de
Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en de
Conferentie over Veiligheid en Samenwerking in Europa (CVSE). In 1996
tekenden Kazachstan, Kirgizië, Rusland en Wit-Rusland een document over
'verdergaande integratie' om tot een Gemeenschap van Geïntegreerde
Staten te komen met supranationale instanties, zoals een parlement,
president, regeringsleider en minister van Buitenlandse Zaken. Met de
NAVO tekende Kazachstan een Partnership for Peace-overeenkomst.
3.4 Politieke partijen
In het parlement is de in 1993 opgerichte Partij voor Nationale Eenheid
van president Nazarbajev de belangrijkste partij. Andere
regeringsgezinde partijen zijn de Democratische Partij, de
Samenwerkingspartij, de Volkscongrespartij en enkele 'onafhankelijken'.
Oppositiepartijen zijn o.a. wegens boycot van de verkiezingen nauwelijks
in het parlement vertegenwoordigd.
4. Economie
Een belangrijk deel (255 miljoen ha) van de oppervlakte is in gebruik
als landbouwgrond. De akkerbouw brengt ca. de helft van de agrarische
productie voort. Het belangrijkst zijn de tarwebedrijven in het noorden
en in de geïrrigeerde gebieden, en de schapenteelt- (wol, vlees) en
veeteeltbedrijven. Daarnaast ontwikkelt zich de productie van technische
gewassen, tuinbouw, wijnbouw en komkommerteelt op geïrrigeerde gronden,
alsmede de melkvee-, de dunharige schapen- en varkensteelt. In de bergen
paardenfokkerij, in de voetheuvels in het zuiden zijderupsenteelt. Het
gebied is bijzonder rijk aan delfstoffen en is de belangrijkste
leverancier van koper van de Sovjet-Unie; daarnaast is de winning van
steenkool, wolfraam, aardolie, nikkel, chroom, lood en zink, mangaan en
bauxiet van groot belang.
Sinds 1941 is Kazachstan in een zeer snel industrialisatieproces
gewikkeld. De zware industrie vervult hierin een grote rol. De eerste
industrialisatiefase werd gekenmerkt door de opbouw van de
metallurgische industrie: ijzer en staal in Aktjoebinsk en Temirtau,
non-ferrometalen in Tsjimkent, Karsakpaj, Balchasj, Oest-Kamenogorsk,
Leninogorsk en Gloebokoje, en landbouwindustrie. Sinds 1956 werd de
nadruk mede op de machine-, bouwmaterialen-, chemische,
voedingsmiddelen- en textielindustrie gelegd. De energievoorziening
wordt gewaarborgd door de steenkool van Karaganda, de bruinkool van
Tsjimkent en Toergaj, de aardolie van Goerjev (pijpleiding naar Orsk) en
Mangysjlak (Zjetybaj en Oezenj), het aardgas van Mangysjlak en de
hydro-elektriciteit van de centrales in de Irtysj en diverse andere
rivieren. Het land heeft één kerncentrale.
5. Geschiedenis
Onder
leiding van parlementsvoorzitter en communistisch partijleider
Noersoeltan Abisjevitsj Nazarbajev - zie fotowerden in Kazachstan
in 1991 in hoog tempo economische hervormingen in gang gezet. Met
betrekking tot het uitroepen van de onafhankelijkheid toonde Kazachstan
zich voorzichtig, omdat dit tot grote problemen met het overwegend door
Russen bewoonde noordelijke deel van de republiek en dientengevolge met
de Russische Federatie zou kunnen leiden. Pas op 16 december
proclameerde de republiek de onafhankelijkheid en werd Nazarbajev de
eerste president. In januari 1993 werd een nieuwe grondwet aangenomen,
waarin het Kazachs tot officiële taal werd verklaard. Tevens stond erin
dat de president een Kazachssprekende moest zijn. Tegen beide bepalingen
maakten de etnische Russen (39%) ernstig bezwaar.
In 1994 werden parlementsverkiezingen gehouden die een overwinning
opleverden voor de voormalige communisten onder de naam Unie van
Volkseenheid van Kazachstan (SNEK). In 1995 werd de uitslag ongeldig
verklaard. Nazarbajev kreeg per referendum verstrekkende bevoegdheden.
De nieuwe verkiezingen, die werden geboycot door de oppositie, eindigden
weer in een overwinning voor het SNEK. Begin 1995 werd een militair
samenwerkingsverdrag gesloten met Rusland en er werden regelingen
getroffen ter bescherming van de Russische bevolkingsgroep.
In april 1996 ondertekenden president Nazarbajev en zijn Russische
ambtsgenoot
Jeltsin na jarenlang onderhandelen een overeenkomst over de aanleg
van een pijpleiding van het Tengiz-olieveld naar de Russische
doorvoerhaven Novorossijsk. Achterstallige loonbetalingen, die in de
voorgaande jaren al aanleiding waren geweest voor stakingen en
massabetogingen, leidden begin 1997 tot ernstige hongersnood, vooral in
het sterk geïndustrialiseerde noorden en oosten van het land.
Ondanks de stijgende werkloosheid, hoge inflatie, een groot
overheidstekort en wijdvertakte corruptie zijn de economische
vooruitzichten goed dankzij enorme olie- en gasvoorraden.
Telefoongids Kazachstan
Postcodes
Kazachstan
|