|
De
kerkuilen onderscheiden zich van de echte uilen door de
hartvormige kringen om de ogen. Dit masker is meestal licht van
kleur. Het wordt omzoomd door bruinachtige-grijze veren die op
enkele plaatsen gestippeld zijn.
De bij uilen gebruikelijke oorpluimen ontbreken, het masker
werkt als een reusachtige oorschelp en versterkt het gehoor. De
naar voren gerichte ogen zijn relatief klein. De pupillen kunnen
zich sterk verwijden, hierdoor kan het dier zelfs in diepe
duisternis uitstekend zien.
Kerkuilen komen bijna overal op aarde voor. Ze leven in bossen
maar ook in bewoonde gebieden. Hun nesten en slaapplaatsen
(overdag) bevinden zich in oude boerderijen, kerktorens,
boomholten of andere nissen. Ze leven meestal alleen of in
paren.
In april legt het vrouwtje tussen de vier en zeven eieren. De
eieren worden ongeveer 33 dagen bebroed. De jonge vogels worden
door beide ouders grootgebracht.
Kerkuilen jagen alleen 's nachts. Ze vormen een waardevolle hulp
bij de ongediertebestrijding omdat ze zeer veel muizen, ratten
en andere kleine knaagdieren eten. Daarnaast eten ze ook
vleermuizen. |
|
|
|
|
|
|