|
De
kraai behoort tot de orde van de musachtigen. Hij wordt overal
op aarde aangetroffen. Kraaien zijn voor het merendeel grote en
krachtige vogels. Hun snavels zijn goed ontwikkeld en hebben
scherpe zijkanten. Hun voedsel bestaat uit plantaardige en
dierlijke kost, ze eten zelfs aas.
Kraaien hebben sterke poten, een dicht verenkleed en goed
ontwikkelde vleugels. Hun verenkleed heeft meestal één kleur. Ze
zijn vaak zwart en hun verenkleed glanst altijd prachtig.
Kraaien zijn monogaam. De partners blijven hun hele leven samen.
Ze leven in groepen en worden over het algemeen beschouwd als
intelligente dieren die zich goed kunnen aanpassen.
De raaf is bij ons de meest bekende kraaiensoort. Deze is ca 65
cm lang en heeft een vleugelspanwijdte van soms wel 1,40 m. De
raaf heeft een zwart verenkleed. Ook de poten, ogen en snavel
zijn zwart. Hierdoor kennen we ook de uitdrukking "ravenzwart".
Vanwege zijn donkere uiterlijk en zijn onaangenaam klinkende
gekras wordt de vogel ook wel als brenger van ongeluk beschouwd.
De raaf houdt zich het liefst op in gebieden waarin velden,
bossen en weiden elkaar afwisselen. Hij bouwt zijn nest in hoge
bomen of op rotsen. Het nest bestaat uit grote en kleine takken.
Binnenin is het bekleed met mos en gras. De nesten kunnen een
grootte van ca 1,50 m bereiken omdat ze ieder jaar worden
opgeknapt en uitgebreid.
Ze leggen vier tot acht blauwgroene, gevlekte eieren. Na een
broedtijd van 18 dagen komen de jongen uit het ei. Ze hebben
altijd honger. Jonge raven blijven lange tijd bij hun ouders.
De raven staan bekend als gevaarlijke jagers. Ze jagen op
vogels, hazen, jonge gemzen en zelfs grazende lammetjes. Ze
roven daarnaast ook de nesten van andere vogels leeg. Andere
kraaien zijn de zwarte kraai, bonte kraai, roek, kauw, ekster en
Vlaamse gaai. |
|
|
|
|
|
|