Waarom
worden tweejarigen zo weinig door tuinliefhebbers gezaaid ?
Misschien houdt het wel verband met het tijdstip van zaaien in de
vakantieperiode : juli en augustus. U moet natuurlijk wel ruimte in
uw tuin hebben voor een speciaal bedje waar de jonge plantjes kunnen
worden uitgeplant. Als u in het vroege voorjaar uw tuin tot een waar
kleurfestijn wil maken, doet u er goed aan ook de tweejarigen in uw
tuinplannen te betrekken.
Zaaien van tweejarigen
Tweejarigen moeten zich voor de winter voldoende kunnen ontwikkelen,
anders komen ze in het voorjaar te laat in bloei. Dat geldt met name
voor de reuze-berenklauw (Heracleum mantegazzianum) en de wegdistel
(Onopordum). Bijtijds zaaien (in juli of augustus), is dus van groot
belang. Zaait u voor die tijd, dan zullen de planten voor de winter
te groot worden en soms zelfs al gaan bloeien. In de meeste gevallen
zullen ze dan bij het invallen van de winter doodgaan. Tweejarigen
worden in de open lucht gezaaid op een plek die niet in de schaduw
ligt van bomen of struiken. De grond, die eerst onkruidvrij wordt
gemaakt, moet worden voorzien van samengestelde mest (12+10+18)
nadat het zaaibed is omgespit. U kunt de grond daarna het best een
week met rust laten. Droge grond wordt één dag voor het zaaien goed
nat gemaakt. Als u de aarde vlak heeft geharkt en harde kluiten
heeft verwijderd, kunt u het zaad uitstrooien. Om een goede
verdeling te krijgen wordt het zaad eerst vermengd met wat droog
zand. Gebruik niet teveel zaad, anders moet u de planten al heel
snel door ruimtegebrek verspenen. Na het zaaien wordt bij droog en
zonnig weer een schermmat of een jutezak over de grond gelegd, om
uitdroging van de aarde te voorkomen. Als de grond toch nog
uitdroogt, sproeit u met een fijne broes op de gieter, of met de
vernevelaar op de tuinslang. Sproei bij voorkeur 's avonds, zodat
het water goed in de grond kan doordingen. Als het zaad opkomt moet
u de schermmat direct verwijderen. Doet u dat niet, dan zullen de
jonge kiemplantjes door gebrek aan licht gaan 'rekken' en als ze in
het zonlicht komen te staan, gaan ze dan verbranden.
Vergeet niet om de plantjes regelmatig te besproeien, want de zon
kan in juli en de eerste helft van augustus fel schijnen.
Naast de door u gezaaide planten, zullen in uw zaaibed ook onkruiden
de kop bovensteken. U zult dan ook regelmatig moeten wieden.
Verspenen
Vier tot vijf weken nadat u de tweejarigen heeft gezaaid kunt u de
planten op een kweekbedje planten. Het kweekbed moet zo zonnig
mogelijk gelegen zijn en ten hoogste twee uur per dag schaduw
hebben. Een week voor het verspenen moet het kweekbed worden
omgespit. Op voedselarme gronden kunt u tegelijk wat goed verteerde
stalmest of compost onderspitten. Droge grond wordt besproeid en
vlak voor het verspenen vlak en fijn geharkt.
Na het verspenen worden de planten aangegoten. In de eerste week na
het verplanten moet u ze goed nat houden. Daarna kunt u het water
geven verminderen. Hou het kweekbed vrij van onkruid. Herfstbladeren
die tussen de planten vallen moet u weghalen.
In de
winter
De verzorging van tweejarigen is in de winter sterk afhankelijk van
het weer. De meeste planten zijn relatief bestand tegen het geweld
van koning winter, maar als het te bar wordt moeten ze toch worden
beschermd. Bij strenge vorst moet u de planten afdekken met wat riet
of ander luchtig materiaal. Zodra de vorst is geweken moet het
echter direct van de planten worden verwijderd, want door het gebrek
aan licht zouden de stengels te slap worden.
De meeste tweejarigen kunt u tot aan het voorjaar op het kweekbed
laten staan. Er zijn echter enkele soorten die u voor de winter een
definitief plaatsje in uw tuin moet geven. Het betreft vooral de wat
grotere tweejarigen, zoals de Onopordum (wegdistel), Oenothera
biennis (gewone teunisbloem), Verbascum thapsiforme (koningskaars-zie
foto) en Althaea rosea (stokroos). Daar ze een penwortel
hebben, moeten ze worden verplant als ze nog erg klein zijn. Als u
deze planten erg ruim heeft gezaaid verspeent u ze niet, maar zet u
ze best direct op hun plekje in de tuin. Doe dit eind september,
begin oktober. Zorg ervoor dat de penwortel niet wordt beschadigd en
zet hem netjes recht in de grond ! Wanneer u in de herfst het
onkruid regelmatig uit het kweekbed heeft verwijderd, zal wieden in
de winterperiode nauwelijks nodig zijn.
Het
voorjaar
Zodra de strenge vorst is verdwenen (gewoonlijk vanaf half maart)
kunt u de tweejarigen in de tuin uitplanten. De grond waarin ze
komen te staan wordt eerst gespit en geharkt. Haal de planten
voorzichtig uit het kweekbed en zorg ervoor dat er veel aarde aan de
wortels blijft hangen. |