Deze
soort komt uit het Malawimeer en wordt niet groten dan zes tot zeven
cm. Hij is agressief, maar gevechten leiden nooit tot ernstige
verwondingen. De basiskleur is glanzend bruin met een blauwachtige
glans. De mannetjes hebben een duidelijke oranje vlek op hun
aarsvin. Het aquarium moet groot zijn en meer dan vijftig liter
water bevatten - de bodem moet rotsachtig zijn. De vis heeft
kristalhelder, hard en alkalisch water nodig met een temperatuur van
25 tot 28 graden C. Jonge en volwassen vissen zijn gevoelig voor pH
waarden onder zeven en voor een te hoog nitrietgehalte van het
water. Ze eten levend voer, maar ook stukjes vlees. Paaiende
vrouwtjes zijn gemakkelijk te herkennen aan de zakken in het
onderste deel van de mond. Zet deze vrouwtjes zorgvuldig over in een
klein, glazen aquarium met voldoende zuurstof in het water. De
eieren rijpen een zeventiental dagen. |
|
|
|
|
|
|
|