Deze
soort komt veel voor in Thailand en wordt vaak in Europa ingevoerd.
De optimale watertemperatuur voor deze vis is 22 tot 28 graden C. De
vis is buitengewoon vraatzuchtig en kan levend voer al van een grote
afstand herkennen. Wanneer hij veel te eten krijgt, groeit hij snel.
Er is niet bekend over de voortplanting van deze soort. In
gevangenschap heeft hij nooit aan één of andere ziekte geleden. Het
is goed voor de vis het water zo nu en dan te verversen. Tot de
familie van de Pangasiidae behoren veel soorten uit de wateren in
het zuiden van Azië en Indonesië. Deze vis is maar twintig cm. lang,
terwijl de grootste soorten de reuzen van deze familie zijn, en wel
drie meter lang worden.